Southern hospitality

In Arkansas

ADecadeAway-172

Terug naar toen dus. Op het vliegveld in Houston heb ik al een vermoeden wie er zoal nog meer doorreizen naar Little Rock, want ik spot meteen een paar mensen in camo (jachtkleding). Een geruststellend gezicht. Het voelt onwerkelijk, ook als ik aankom op wat nu Bill and Hillary Clinton National Airport heet. Ik kan nog steeds niet helemaal geloven dat ik dit echt ga doen en vooral: dat ik nu echt terug ben. Het avontuur kan beginnen, opnieuw. Als ik op mijn koffer sta te wachten komen de eerste advertenties voor kerken en rehab klinieken me al tegemoet. Het kan niet missen, ik ben terug in Arkansas.

Als vanouds

Het is donker, maar als ik Sheridan inrij herken ik gelukkig een heleboel dingen van toen. Ik parkeer de auto voor de deur bij Jereamy en Blake’s huis, waar ik mag logeren. Ze wonen vlakbij onze high school, waar we meteen een nachtelijk bezoekje aan brengen. Sheridan High School heeft tegenwoordig een hele nieuwe facade en doet eerder denken aan een modern vliegveld dan aan een school. Stiekem best een beetje jammer, je wil toch het liefst dat alles blijft zoals het was blijkbaar. Daarna maken we een rondje langs Walmart, die gelukkig nog wel helemaal de oude is. Ik ben vooral benieuwd hoe het er na alle schietpartijen voor staat met de wapenafdeling, maar ook die is er nog. He, gelukkig.

Mannenhuishouden

Bij Blake en Jereamy thuis kom ik terecht in een heus mannenhuishouden. Spartaans ook wel. Er zijn geen pannen, dus er kan niet gekookt worden. Er is geen servies, dus eten we onze take out van wegwerpbordjes of rechtstreeks uit de pizzadoos. Meubels zijn er ook nauwelijks. Er is een bank en een tv en dat is het wel zo’n beetje. Het huis heeft geen centrale verwarming, sterker: helemaal geen verwarming eigenlijk. Alleen in de badkamer zit een piepklein kacheltje. Als ik op een dag thuiskom staat de oven half geopend te loeien. Daar kijk ik nogal raar van op, want het blijkt de methode om het huis te verwarmen te zijn. “Have you ever been poor, Michèle?”, vraagt Jereamy met een grote grijns.

Dat er weinig meubilair is blijkt een reden te hebben. Blake vertelt dat zijn vorige vriendin aan meth verslaafd bleek te zijn en dat hij op een dag thuiskwam in een leeggeroofd huis. Ook veel van het speelgoed van zijn zoontje Rowen was weg. Sindsdien proberen ze na hun verhuizing van Pine Bluff naar Sheridan langzaam maar zeker de boel weer op te bouwen. Via via kom ik gratis aan een eettafel, vier stoelen en een salontafel. Dat scheelt alweer. Bij de kringloop haal ik pannen, spatels en ander eetgerij. Er kan gekookt worden! Als je ondanks alles zo gastvrij ontvangen wordt, is het heel fijn om iets terug te kunnen doen.

Lieffie

Rowen (3 jaar oud) en ik zijn binnen de kortste keren de beste vrienden. In het begin is hij een beetje verlegen, maar zodra hij me trots al zijn speelgoed heeft laten zien is het ijs gebroken. Wat een ontzettende lieverd. Ik praat steeds in het Nederlands tegen hem en hij is “such a liefflie”. Als ik hem poepie noem verbetert hij me meteen: “No, I’m not your poepie! I’m your lieffie!” ’s Ochtends helpt hij me bij het föhnen van mijn haar, smeert hij mijn make up op zijn gezicht en lezen we samen een boekje in de tuin. Hij kan nog niet lezen en doet daarom maar alsof. Hij is erg gefascineerd door al mijn gekke analoge camera’s en wil iedere dag dat ik een foto van hem maak. Ik heb nu dan ook tienmiljoenmiljard foto’s van Rowen, een serie an sich. Gelukkig maar, want ik mis hem enorm.

ADecadeAway_life-309
ADecadeAway_life-259 (1) (1)
ADecadeAway_life-83 (1) (1)

Open huis

Een sleutel van het huis is niet nodig, want de deur is altijd open. Letterlijk. Zo komen er ook te pas en te onpas vrienden binnenvallen. Als introvert zijnde moet ik daar even aan wennen. Worden de mannen des huizes daar soms ook niet eens gek van? Ja, soms wel. Ze weten alleen maar al te goed hoe het is om vrienden nodig te hebben om bij terecht te kunnen. Daarom zijn ze altijd en wanneer dan ook welkom. Ik zie in dat vrienden hier eerder als familie fungeren, ze zijn op elkaar aangewezen. Hun eigen familie is er niet altijd voor ze of daar dragen ze zelf zorg voor. En als er geen vangnet is, vang je elkaar dus op.

Alles wordt gedeeld. Eten, een krap plekje op de bank, tijd en verveling. Er mag dan een tekort aan het een en ander zijn, verveling is er genoeg. Tijd met elkaar spenderen gaat er dan ook heel anders aan toe dan ik thuis met mijn vrienden gewend ben. Omdat ze zomaar binnenvallen wordt ook niet per se verwacht dat ze geëntertaind worden, ze doen echt alsof ze thuis zijn. Niet dat er überhaupt opties zijn, want naast gamen, een rondje Walmart, een potje kaarten of een kampvuur maken in de tuin is er ook helemaal niks te doen. Het kampvuur is al snel een traditie en het is fijn om zoveel uur buiten te spenderen, met elkaar. We zitten op krakkemikkige campingstoeltjes of op een stuk beton, zetten een muziekje aan en dat is dat.

 

ADecadeAway_life-182 (1) (1)
ADecadeAway_life-436 (1)
ADecadeAway_life-431
ADecadeAway_life-240
ADecadeAway_life-361 (1) (1)
ADecadeAway_life-334
ADecadeAway_life-171

Thuis

Meedraaien in zo’n ander huishouden en in zo’n ander leven heeft me een heleboel doen beseffen en heel wat doen herzien. Het mag er hier dan allemaal niet bepaald vlekkeloos aan toe gaan, ze maken er het beste van met elkaar. Of proberen dat althans. Waar het hier in ieder geval niet aan ontbreekt is gastvrijheid, Southern hospitality. Ik ben best ontroerd dat ik zelfs onder deze omstandigheden zo lang van deze gastvrijheid gebruik mag maken en me ook zo thuis mag voelen. Dat is een heel fijn gevoel.

Ik denk niet dat ik er weer 10 jaar overheen kan laten gaan om terug te gaan. Ik wil met eigen ogen zien hoe het mijn vrienden vergaat. En ik hoop zo dat het ze, ondanks alle uitdagingen, goed gaat. Het is ze zo ontzettend gegund.